x

Wat zoek je precies?

De tatoeages op zijn rug, armen en rechterbeen vertellen het gruwelijke verhaal van Srebrenica. Een verhaal dat hem voor altijd heeft veranderd en nog dagelijks voorbijkomt in zijn dromen. Voormalig Dutchbatter Frank vindt zichzelf een tikkende tijdbom. Daarom woont hij liever alleen, aan de rand van Hengelo. Dichtbij het prikkelarme bos. Hier kan hij zo min mogelijk mensen kwaad doen. ‘Maar dat het een keer mis gaat, is 100 procent zeker.’ Hij zegt het kalm en vriendelijk.

Frank ontvangt me in de outfit van zijn grootste liefde: FC Twente. Binnen drinken we koffie uit mokken van de club, zitten we op een bank met rood-witte sjaaltjes en kijken we uit op de kast vol bierglazen met daarop het Twentse ros. Aan de club kan hij zich optrekken.

Frank heeft dood, verderf en verraad van nabij meegemaakt. Soms lijkt het alsof de Servische sluipschutters nog steeds op de daken aan de overkant van de straat staan. Regelmatig laat hij zich door de legerpsycholoog binnenste buiten keren om de scherpe kanten van het trauma weg te slijpen. De oorlog is altijd dichtbij en gaat nooit meer weg. ‘Ik heb een kort lontje. Ik weet van mezelf dat ik niet bang meer word van spanning, zoals anderen. Spanning is juist lekker. Als ik sommige mensen tegenkom, weet ik zeker dat ik ze helemaal in elkaar kan slaan. Dan bestaan er voor mij geen grenzen meer. Het is dus beter dat ik ze niet tegenkom. Of dat ze zich omdraaien als ze mij zien…’.

Drie dagen lang werd Frank met zijn collega’s van Dutchbat gegijzeld door de Serviërs, terwijl de Bosniërs onder hun ogen werden vermoord. Terug in Nederland was er nooit echt begrip voor zijn situatie, hoewel Frank wel trots is op zijn Draaginsigne Gewonden. De onderscheiding prijkt als tekening op zijn onderarm, samen met het wapen van Dutchbat en de fatale maanden van de uitzending naar Bosnië: van januari tot juli 1995. Frank trekt het Twente-shirt uit en laat zijn rug zien. Hij wijst naar de getatoeëerde letters onder. Daar staat de uitspraak van Plato, het leven van Frank in tien woorden: Alleen de doden hebben het einde van de oorlog gezien.