x

Wat zoek je precies?

Mijn kameraad beleefde de nacht niet meer. Hij heeft mij, door letterlijk in het slijk te schrijven, beduid en gesmeekt – als ik levend uit de oorlog zou komen – zijn ouders op te zoeken om hun zijn laatste groet over te brengen. Hij wilde zo graag nog een briefje schrijven, maar er was geen droog stukje papier te vinden.

Als ik de verslagen van onderofficier Carl Heller lees, zit ik in de loopgraven van 100 jaar geleden. Achter deze geboren Duitser zit een wonderlijk verhaal. Hij kwam met zijn ouders naar Hengelo, omdat zijn vader werk had gevonden in de plaatselijke trijpweverij. Ook Carl ging in de fabriek werken. Totdat hij in 1914 een oproep kreeg voor militaire dienst. De keizer had hem nodig aan het front in Frankrijk. De Hengeloër vond dat hij zijn vaderland moest dienen, hij had immers de Duitse nationaliteit. En dus meldde hij zich bij het het leger.

In de loopgravenoorlog beleefde Unteroffizier Heller mensonterende taferelen met zijn 34e infanteriedivisie. Het legeronderdeel verloor op een dag liefst 2.723 manschappen en 56 officieren. Vanaf dat moment ging de Hengelose militair aantekeningen maken over zijn frontervaringen.

Na de oorlog keerde Heller terug naar Hengelo, waar hij zijn loopbaan in de trijpweverij voortzette. Niemand die besefte welke oorlogstrauma’s deze assistent-werkmeester had overgehouden. Heller bundelde zijn ervaringen in een boek, waarvoor hij vergeefs een uitgever zocht. In 1983 overleed hij, op 89-jarige leeftijd. Het manuscript kwam terecht bij Eerste Wereldoorlog-specialist Hans Andriessen. Hij reisde in de voetsporen van Heller naar Frankrijk en vond tastbare overblijfselen van de gebeurtenissen die in de aantekeningen van Heller worden beschreven. In het alsnog uitgegeven boek (De oorlogsbrieven van Unteroffizier Carl Heller) zien we een zinloze oorlog door Hengelose ogen. Het brengt wereldgeschiedenis opeens wel heel dichtbij.